Artikel van de Maand - augustus 2012

Constante bezonningsduur


Deze tekening is van een zonnewijzer voor zonnetijd op een breedtegraad van 52° N.
Het is geen verticale of horizontale zonnewijzer.
Het uurlijnen patroon is niet symmetrisch ten opzichte van de 12 uur lijn en de 12 uur lijn staat niet verticaal.
Het is een dan ook een declinerende en inclinerende zonnewijzer.

De gegevens van dit vlak zijn:

  • declinatie = -40,25°; dat is een van zuid naar oost afwijkend vlak
  • inclinatie = 118,38°; dat is een van verticaal naar voren hellend vlak.

Op zich niet vreemd, maar toch is er iets bijzonders bij deze speciale zonnewijzer te constateren.

Voor dit vlak worden de verdere constanten van de zonnewijzer berekend.

  • stijlverheffing: -52°
  • uurhoek substijl: -67,41°
  • ligging van de substijl: -40,25°

De stijlverheffing geeft aan op welke breedtegraad het equivalente horizontale vlak ligt; 52° Z.
Het valt op dat de breedtegraad dezelfde waarde heeft maar nu op het zuidelijk halfrond.

Met de gegevens die nu bekend zijn is een bezonningsgrafiek van de zonnewijzer op 52° N te tekenen.


In deze grafiek is te zien:

  • rode lijnen;   de periode dat op 52° N de zon boven de horizon staat
  • blauwe lijnen; de periode dat op 52° Z de zon boven de horizon staat

Optelling van beide grafieken geeft de periode aan dat ons zonnewijzervlak door de zon kan worden beschenen.

Te constateren valt:

  • de bezonningsduur is constant gedurende het gehele jaar
  • de bezonningsduur is elke dag gelijk aan de lengte van de kortste dag op zowel 52° N als Z

Opmerking:
Er zijn op 52° N veel meer willekeurige vlakken te bedenken waarvan het equivalente horizontale vlak op 52° Z ligt.
Op al deze vlakken is de bezonningsduur constant, maar kleiner dan de lengte van de kortste dag.
De hier uitgewerkte zonnewijzer (en zijn spiegelbeeld met d = + 40,25°) geeft de maximale constante bezonningsduur.


Fer de Vries

Zie ook Artikel van de Maand juni 2005.